Ovenbroodjes of ovenkoeken
- 300 g water
- 10 g verse gist (of 5 g droge gist)
- 10 g boter
- 520 g witte tarwebloem
- 9 g zout
Doe het water, de gist en de boter in de mengbeker en meng:
Voeg de bloem en het zout toe en kneed:
Leg het deeg op je werkblad, dek af met een handdoek en laat 20 min rusten.
Verdeel in gelijke porties, bijvoorbeeld van 80 g. Bol de stukjes deeg op.
Doe een schepje bloem op je werkblad. Leg er een bolletje deeg op en druk zeer goed plat en leg op een bakplaat. Prik er met een vork enkele gaatjes in. Dek ze af met een vochtige handdoek en laat ongeveer 1 uur rijzen.
Bestrooi voor het bakken de koeken met wat extra bloem. Verwarm de oven tot 220°C
Bak de broodjes af gedurende 10 minuten. Ze hoeven niet te kleuren.
Haal uit de vorm en laat afkoelen op een rooster.